Showen voor Dummies

Zou je wel eens met je kat naar een show willen gaan om te weten of je een beetje een mooie kat hebt? Ben je benieuwd om te weten wat de keurmeesters ervan vinden? En… ook belangrijk, wat jij van het showen vindt? Weet je niet hoe en zie je er tegenop om te beginnen? Dit artikel is een korte how-to-show-guide.

First of all word je lid van een FIFe-vereniging. In Nederland zijn dat Felikat en Mundikat. Je kat moet voor het showen een stamboom hebben. Anders mag hij wel meedoen, maar in de categorie huiskatten en daar heb je niet zoveel aan. Je kunt op de websites van de verenigingen zien wanneer er shows gepland staan.

Inschrijven via de website

Je schrijft je kat in via de website van de vereniging die de show organiseert. Lees ook even goed alle voorwaarden door. Let op dat je niet vergeet te betalen. Je ontvangt dan via de mail een deelnamekaart voor jou en je kat.

De rassen zijn verdeeld in vier categorieën. De Brit zit bijvoorbeeld in categorie 3 en de Siamees in categorie 4. Let goed op in welke klasse je je kat inschrijft. Dit is afhankelijk van de leeftijd: kitten, junior of volwassen. Bij de volwassen katten heb je dan weer keuze tussen poezen en katers en gecastreerd of “open” (ongecastreerd dus). In de klasse waar je voor inschrijft, zal jouw kat straks ook beoordeeld en met andere katten vergeleken worden.

Bij Felikat show je je kat in een sturdy of bench. Die neem je zelf mee. Als je voor het eerst gaat en geen eigen sturdy hebt, kun je een eenvoudige stoffen transportbench gebruiken. Of je kunt een sturdy van Felikat lenen. Bij Mundikat kun je kiezen voor een kooi of een sturdy. Zo’n kooi is van ijzer en staat voor je klaar, maar je moet ‘m nog wel gezellig maken. Kies je een kooi, dan neem je je eigen showsetje mee (gordijntjes en kleedje). Heb je een kat die wat meer de benen wil strekken op show dan kies je voor een dubbele kooi of sturdy. Je hebt dan zelf ook wat meer ruimte om te zitten, want jouw plek is achter de kooi. Links en rechts van je zitten andere exposanten achter hun kooi. Let er bij het kopen van een showsetje of een bench op dat je de goede maat koopt: informatie kan je bij de vereniging krijgen, meestal bij de mensen die vermeld staan als “tentoonstellingscommissie”.

Oké, alles is geregeld. Wat heb je nodig om op show te gaan?

Check de vaccinaties van je kat tegen katten- en niesziekte. Deze moeten nog geldig zijn, maar moeten minimaal 14 dagen voor de show gezet zijn. Dat is logisch: kort na de inenting kan de kat wat last krijgen van de ziekte waartegen die bedoeld is. Je zal de eerste niet zijn die om deze reden naar huis wordt gestuurd -en dat zijn heus niet allemaal beginners!

Knip ook de nagels van je kat. Het is ook voor je kat de eerste keer en die kan het best spannend vinden. Het is wel fijn als hij niet je mooie nieuwe bloesje of de arm van de steward vernielt. Misschien wil je je kat voor de show nog naar de trimmer doen, maar bij veel katten is dat niet echt nodig -en doe het niet te kort van tevoren. Een goede kambeurt is altijd een goed idee. Ook kan je thuis alvast een beetje oefenen om de kat vast te houden in showhouding. Voor een Brit en een Heilige Birmaan neem je dan de achterpootjes op de ene hand en de voorpootjes in de andere hand wat verder naar voren. Een Maine Coon en een Siamees presenteer je juist uitgestrekt. Probeer maar eens of je kat daaraan kan wennen.

De showdag

De wekker gaat vroeg, want voor negenen moeten alle katten gecontroleerd zijn door de dierenarts. Alle spullen in de auto en op naar de show, meestal in een grote sporthal. Daar aangekomen mag je aansluiten in de rij van mensen met bolderkarren, benches met katten op wielen en karren met trimtafels. Sommigen nemen zelfs de hele tuinset mee, ook al vraagt de vereniging dringend om dat niet te doen. Tuinstoelen nemen veel te veel plaats in in de carré (de ruimte achter de kooien).

De dierenarts onderzoekt je kat en als dat in orde is, mag je aan de volgende tafel je kooikaart ophalen. Hierop staat de naam van je kat, je kooinummer en het nummer van je carré. Soms krijg je ook een catalogus, soms heb je die digitaal toegestuurd gekregen. Kaartjes met je kooinummer liggen op de tafel waar je zit of zijn aan je kooi vastgemaakt. Je kunt daar je bench neerzetten of je kooi inrichten. Als dat allemaal gedaan is, kun je even rustig op adem komen en koffie halen.

Met jouw nummer kun je in de catalogus zien door welke keurmeester je kat gekeurd gaat worden. Je kunt het opzoeken en soms hangt de indeling ook aan de muur. Op de lijst staat de volgorde van keuren. Je moet zelf goed in de gaten houden wanneer je aan de beurt bent. Je wordt omgeroepen of soms ook via een app opgeroepen. Als je vragen hebt, kun je die altijd aan de stewards stellen. Dat zijn de vrijwilligers in de witte jassen die de keurmeesters helpen.

Per ras kennen de meeste mensen elkaar wel. Maar ja, jij bent voor het eerst op show en misschien ken je nog niemand. Een mooie gelegenheid om eens rond te lopen en mensen te leren kennen. Er is tijd genoeg om andere exposanten te spreken en gelukkig mogen er ook weer bezoekers komen.

Zelf je kat naar de keurmeester brengen

De keuringen starten meestal rond een uur of negen. De keurmeesters keuren alle katten. Je brengt je kat zelf naar de keurmeester toe. Je krijgt daar altijd een geschreven rapport van, maar dat krijg je pas in handen als de show is afgelopen. Sommige keurmeesters zijn wat stil en schrijven alleen; de kunst is dan om mee te kijken wat er in het keurrapport wordt gezet. Andere vertellen je tijdens het keuren duidelijk wat ze in je kat zien. Er zijn er ook, die maken er een “showtje” van. Ieder heeft zijn eigen manier. Ze keuren wel allemaal volgens de ras-standaard.

Keurmeester word je niet zomaar. Daar moet je per categorie een lange opleiding voor doen. De keurmeester zal vertellen wat de goede en minder goede punten zijn van jouw kat. De keurmeesters verstaan hun vak en weten over iedere kat wel een positief verhaal te houden, waarbij ze de minpuntjes minder expliciet belichten. Daar leer je als exposant dan weer doorheen kijken.

Bedenk altijd: een schoonheidskeuring is een momentopname. Het is niet toegestaan om hierover met de keurmeester in discussie te gaan.

Kwalificatie: Excellent of uitmuntend

Meestal zal je kat een excellent 1, 2, 3 of verder krijgen. Als jouw kat in zijn klasse en kleur de beste is, dan krijgt de kat een excellent 1 (of uitmuntend 1). Vindt de keurmeester dat er mooiere zijn, dan wordt het 2 of 3 enzovoort. Vindt de keurmeester dat je kat -op dat moment- eigenlijk niet op show thuishoort, dan kan hij een ZG (zeer goed) uitdelen.

Als de kat in de volwassen categorie zit, dan heeft hij met een Ex1 de eerste kampioenspunt verdiend. Als je drie punten op shows hebt verdiend, is de kat “champion” (of premior als je met een castraat showt). Tegen betaling krijg je hier een certificaat voor waarna je kat voortaan “CH” (of “PR”) voor zijn/haar naam mag dragen. Heb je de smaak te pakken en vindt je kat het ook leuk, dan kun je door voor de volgende titels.

Nominatie Best in Show

Als je kat Ex 1 is geworden, kan het zijn dat de keurmeester je vraagt om terug te komen voor de nominatieronde voor de BIS (Best in Show). Als er minimaal drie katten zijn in dezelfde kleur (mag ook in verschillende klassen), dan is er ook een verkiezing van de Best in Variëteit (de BIV). De keurmeester vraagt je dan direct na de keuring om te wachten. Als je twijfelt wat de keurmeester bedoelt, vraag dan altijd de steward.

In de nominatieronde zitten alle katten van dezelfde groep in dezelfde klasse, bijvoorbeeld alle kittens of alle castraat katers. Als jouw kat de nominatie voor de Best in Show wint, dan mag hij in de middag meedoen aan de Best in Show-verkiezing (BIS). Dat is natuurlijk best spannend. De stewards dragen de katten voor op de statafels voor de Best in Show. De keurmeesters kiezen welke katten Best in Show worden. Dit gaat per categorie en per klasse waarin je kat ingeschreven was.

Als je kat niets heeft gewonnen, heb je lekker de tijd om nog wat bij de leuke kraampjes te snuffelen en andere katten te bekijken. Iedereen blijft tot het einde van de show, meestal een uur of zes. Het keurrapport kun je na afloop ophalen bij het secretariaat of het wordt rondgebracht. Let ook op dat de stempels van datgene wat de kat behaald heeft (bijvoorbeeld nominatie BIS) er goed op staan.

Hopelijk zie je er na een dagje showen zelf ook nog een beetje fris en fruitig uit, want na de Best in Show worden van de winnende katten en hun lieftallige personeel staatsieportretten gemaakt door de hoffotograaf…

Het is een ongeschreven wet binnen de vereniging en de rasclub, dat de mooiste katten “op de bank zitten” en simpelweg nooit op show komen. Zin om daar een eind aan te maken? Doe een keer mee! Mocht je na dit verhaaltje nog vragen hebben, dan kan je die altijd stellen aan de tentoonstellingcommissie (tc@felikat.club) of via het formulier op de website www.felikat.com | shows | algemene informatie | tentoonstellingscommissie.

Showklassen

Als je begint met showen, dan kun je je kat inschrijven in een van deze klassen:

  • 12 kittenklasse: je kat is minstens 4 maanden, maar nog geen 8 maanden
  • 11 juniorklasse: je kat is minstens 8 maanden, maar nog geen 12 maanden
  • 9 open klasse: je ongecastreerde kat is 12 maanden of ouder
  • 10 castratenklasse: je gecastreerde kat is 12 maanden of ouder
  • 17 veteranen: je kat is 7 jaar of ouder
  • 14 huisdieren: je kat is geen raskat
  • 13 onder andere als de ouders van je kat niet bekend zijn
Checklist
  • Deelnamekaart
  • Paspoort/entingsboekje
  • Showsetje of je bench
  • Een opklapstoel
  • Kammetje en wattenschijfjes
  • Catnipspray
  • Handdoek/babydoekjes
  • Voer en 2 bakjes
  • Kittenkattenbakje en wat grit
  • Kleine vervoersmand
  • (Bolder)karretje om alles mee te nemen
  • De goede kat 😊
Back To Top